Worsteling van idealist met de koloniale geschiedenis

Met zeven broeken aan reist Norman Taborsky na zijn eindexamen naar Nederlands Nieuw Guinea om bestuursambtenaar te worden. Dat scheelt ruimte in zijn hutkoffer. Het is 1959 en het Nederlands Gouvernement is hard aan het werk om een infrastructuur, gezondheidszorg en een rechtsapparaat op te bouwen. Met als doel dat de Papua’s ergens in de jaren ‘70 klaar zouden zijn voor zelfstandigheid. Grootse plannen.

Norman krijgt een buitenpost in Akimoega toegewezen. Hij moet bergpapua’s overhalen om zich in de moerassige laaglanden te vestigen. Sporadisch sijpelt er wat nieuws binnen via brieven van het thuisfront. Uit een andere wereld, zo lijkt het. Er arriveren Nederlandse marineschepen. Indonesische parachutisten infiltreren het oerwoud. Nederland lijkt bereid tot het voeren van oorlog voor dit verre eiland. Indonesië eveneens.

Ogenschijnlijk zit Norman in het oog van de storm, maar in de jungle zijn prangender problemen. Er breekt malaria uit, een oude stammenstrijd leeft op, zijn radio begeeft het en zelf is hij ‘bronzig en bronstig, maar nog altijd zonder een persoon van de andere kunne…’ Het aanleggen met een mooi Papuameisje is hem van hogerhand uitdrukkelijk verboden. De echtgenote van zijn baas probeert hem te verleiden en daarmee is zijn verwarring compleet.
Deze roman voert de lezer mee naar een stuk Nederlandse geschiedenis dat nooit onderdeel is geworden van de algemene kennis. Geschiedenis met een tragische nasleep tot op heden. Met zijn kleine mitsen en maaren staat Norman, zonder het te weten, vooraan bij een conflict van wereldformaat.

“Rechts in de hoek hangt iets grimmigs. Het steek wit af in het donker en kijkt hem met holle ogen aan. ‘Griezelig, Tuhan? Dat hoort erbij in onze cultuur. We houden onze voorouders zo dicht mogelijk bij ons. Nog zoveel kunnen wij van hen leren. Ze geven raad. Ze geven kracht. Al heeft de adem hun lichaam verlaten. Al heeft het lichaam de beenderen verlaten. Ze blijven voor altijd onderdeel van ons leven.’ Norman gruwt. Geen vijandelijke schedel, maar je eigen vader of moeder. Hij is te jong om de schoonheid te zien van wat hem wordt uitgelegd. Wie hem lief is, is in leven. De dood kwam hem nog niet naderbij.”  

Schrijfster en antropologe Merel Hubatka heeft geen beenderen bewaard van haar vader, maar bouwt een romanpersonage op uit zijn as. Een verassend lichtvoetig personage. Een jongen die zijn hart verpandt aan de Papua’s.

 

 

• Met historische personages als Kennedy, Luns, prins Bernhard

• In de traditie van Multatuli

 

Vanaf 29 januari verkrijgbaar in de boekhandel!
Online te bestellen op alle boekensites, bijvoorbeeld op Hebban waar het als veelbelovend debuut wordt aangeprezen.