NORMAN
Het debuut van
Merel Hubatka.
Achtergrondinformatie en links naar organisaties die zich inzetten voor de Papoeazaak.
Dit is waar mijn ogen gaan. Hier rust mijn blik. Hier waaieren gedachten. Hier wiegen stammen in de wind. Ruimte, rust en eenzaamheid. Door lentezon bemind. Contouren van afwezigen zijn hier heel dichtbij. Ik zoek mijn weg, soms afgeleid, door ongebaande paden. Zolang de blaadjes flonkeren in kruinen hoog en vrij, mag de leegte ook
Er is geluid dat warm omhullen kan. Waar in één noot nog duizend variaties klinken. Je kunt het als een zachte deken om je schouders slaan. Je kunt erin verdrinken. Diep duiken in klanken. Onder het oppervlak is alles relatief. Als het van subtiel ineens volume wint. Als een stem de hele zaal kan vullen,
In een steegje hangt de hitte. Zinderend fonkelnieuwe letters. Schoonheid op een witte muur. Waarom zoeken naar die ene, terwijl er zoveel mooie staan? ‘Ik vervreem geregeld,’ legt een vrouw met fiets mij uit. ‘Van wat ik deed, vervreem ik soms. Van mijn doel, of van mijn man. Onvervremen. Daar oefen ik nog op.’ Bedoelde
Schuine kunst. Een stad moet wat. Het maakt natuur spraakmakend. Er kwam een kever en die vrat tot op het allerlaatste blad. De paaltjes liet hij staan.
Bronnen Deze roman berust voor een groot deel op historische feiten. De personages zijn echter romanpersonages en hier en daar heb ik de historische werkelijkheid aangepast ten behoeve van het verhaal. Zo werden er in het zuiden niet overal peniskokers gedragen, maar de komvorming bast van een vrucht of helemaal niets. In het grootste deel
Na de overdracht aan Indonesië volgde meer dan een halve eeuw aan mensenrechtenschendingen. Onrecht wat voortduurt tot op de dag van vandaag. Een greppel met dode Papua’s erin. Papua’s die simpelweg verdwijnen. Groepen Papua’s die door Indonesische militairen bijeen gedreven worden met mitrailleurs. Een slag met de geweerkolf voor wie niet luisteren wil. Op het
Een jaar na de dood van mijn vader moest ons ouderlijk huis verkocht worden. De basis van mijn roman stond, maar ik had nog moeite met de sfeer in Akimoega en de stem van de hoofdpersoon. Tussen muizen en etnografica op zolder dook een enveloppe op met meer dan honderd brieven die Frank Hubatka schreef
Merel Hubatka werd geboren in Abepura bij het licht van een zaklantaren. Op de veranda zaten Papoeastudenten te zingen in afwachting van goed nieuws. Vaak trof haar moeder haar wieg verlaten aan, dan was iemand ongevraagd met haar op pad gegaan. Na drie en een half jaar verhuisde het gezin terug naar Nederland. Haar vader